Quantcast
Channel: Boek9.nl
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20140514, Rb Den Haag, FKP v Spirits

$
0
0

Geen nietige dagvaarding: eis en gronden zijn vermeld. Rb Rotterdam bevoegd: geen sprake van exclusieve bevoegdheid ex artikel 22(4) EEX-Vo, nu geldigheid van merken niet in geschil is tussen partijen. Rechtbank ook bevoegd ter zake van Spirits Cyprus vanwege samenhangende inbreukvorderingen (artikel 6(1) EEX-Vo); niet bevoegd ter zake Zao nu niet wordt gesteld dat Zao zich schuldig zou maken aan identieke inbreuken. Partijen worden in gelegenheid gesteld zich uit te laten over arrest van Hof Den Haag in H&M/G-Star zaak inzake relatieve bevoegdheid. Verweer dat deel van eisers geen merkhouder en derhalve niet-ontvankelijk zijn dient in hoofdzaak te worden opgeworpen en niet in incident.

PROCESRECHT

Vonnis in incident. In de hoofdzaak gaat het om de vraag aan wie enkele Beneluxmerkrechten betreffende wodkamerken toekomen. Spirits vordert in het incident dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart, althans FKP niet-ontvankelijk verklaart, althans de dagvaarding nietig verklaart.

De rechtbank oordeelt dat er geen sprake is van een nietige dagvaarding, nu zowel de eis en gronden hierin zijn vermeld. Bovendien is de rechtbank Rotterdam bevoegd: er is geen sprake van exclusieve bevoegdheid ex artikel 22(4) EEX-Vo, nu de geldigheid van de in het geding zijnde merken niet in geschil is tussen partijen. De rechtbank is op grond van artikel 6(1) EEX-Vo overigens ook bevoegd kennis te nemen van de inbreukvorderingen jegens Spirits Cyprus, nu de gestelde inbreuk door Spirits Cyprus identiek is aan de inbreuk door Spirits International en Spirits Product. Dit geldt echter niet voor gedaagde Zao, omdat in de dagvaarding niet wordt gesteld dat Zao zich schuldig zou maken aan identieke inbreuken. Partijen worden vervolgens in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de consequenties van het arrest van het Hof Den Haag in de zaak H&M/G-Star voor de relatieve bevoegdheid van de rechtbank. Tot slot wordt geoordeeld dat het verweer dat een deel van de eisers geen merkhouder en derhalve niet-ontvankelijk zijn, opgeworden dient te worden in de hoofdzaak en niet in het incident.

IEPT20140514, Rb Den Haag, FKP v Spirits


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229