Gemeenschapsmerk – Beroep ingesteld door de houder van het gemeenschapswoordmerk „JAVA” voor waren en diensten van de klassen 9, 16, 35, 37, 38, 41, 42 en 45 en van het in alle lidstaten van de Unie bekende woordmerk „JAVA” voor waren en diensten van de klassen 9, 38 en 42, en strekkende tot vernietiging van beslissing R 1369/2012-2 van de tweede kamer van beroep van het BHIM houdende verwerping van het beroep tegen de beslissing van de oppositieafdeling tot afwijzing van de door verzoekster ingestelde oppositie tegen de inschrijving van het woordmerk „AAVA CORE” voor waren en diensten van de klassen 9, 38 en 42.
Het beroep wordt verworpen. Er is geen sprake van verwarringsgevaar tussen het aangevraagde woordmerk “AAVA CORE” en het oudere woordmerk “JAVA.” De tekens stemmen niet overeen. Dat het oudere merk een goede reputatie geniet en dat de waren en diensten (o.a. computer programma’s) identiek zijn zal er niet toe leiden dat verwarringsgevaar toch zal worden aangenomen.
65 In this case, as has already been stated in paragraph 61 above, the Board of Appeal did not commit an error by holding that the signs at issue were not similar. Therefore, as the Board of Appeal correctly held, in paragraph 29 of the contested decision, and as OHIM contends, the fact, first, that the earlier trade marks enjoy a very great reputation and, secondly, that the goods and services covered by the signs at issue are identical, does not, in any event, allow a finding that there is a likelihood of confusion between them in the light of the lack of similarity between the signs.
Lees het arrest hier.