In hoger beroep innemen van sterk afwijkend standpunt van standpunten in eerste aanleg niet in strijd met artikel 111 Rv. Geen algemene zorgvuldigheidsnorm dat bij vernoeming instelling naar bekende persoon toestemming aan nabestaande moet worden gevraagd. Benaming Stichting het Kopland niet onrechtmatig jegens weduwe Rutger Kopland: onvoldoende concreet gemaakt dat zij in haar belangen is geschaad.
PROCESRECHT - ONRECHTMATIGE DAAD
Hoger beroep tegen IEPT2014110 (vzr), waarin de vorderingen van eiseres [L], de weduwe en erfgename van [H], die onder het pseudoniem Rutger Kopland diverse gedichten heeft geschreven en gepubliceerd, zijn afgewezen. Het vonnis wordt bekrachtigd.
In hoger beroep beroept [L] zich hoofdzakelijk op schending van de algemene zorgvuldigheidsnorm die de Stichting jegens haar krachtens artikel 6:162 BW in acht zou moeten nemen. Aangezien het hoger beroep er mede toe strekt de appellerende partij de gelegenheid te bieden tot het verbeteren en aanvullen van hetgeen zij in eerste aanleg heeft gedaan of nagelaten, staat het [L] in beginsel vrij om een ander standpunt in te nemen dan zij in eerste aanleg heeft gedaan, ook als dit standpunt sterk afwijkt van haar eerder ingenomen standpunten. Anders dan de Stichting heeft betoogd, is deze wijze van procederen niet in strijd met artikel 111 Rv. Ook overigens is dit artikel niet geschonden.
Het meest verstrekkende verweer van de Stichting, dat inhoudt dat de onrechtmatige daadsvordering van [L] afstuit op artikel 2.19 (1) BVIE, faalt. Het hof is voorshands van oordeel dat het in aanmerking komende publiek door de wijze waarop het pseudoniem (Rutger) Kopland is gebruikt, te weten boven een gedicht en op het voorblad van een gedichtenbundel, die naam uitsluitend zal opvatten als de naam van de auteur. Het pseudoniem wordt dan ook naar voorlopig oordeel niet als merk gebruikt.
Het hof is van oordeel dat de Stichting niet onrechtmatig heeft gehandeld jegens [L]. Dat in het maatschappelijke verkeer bij vernoeming van een instelling naar een bekende persoon de norm is dat de nabestaande om toestemming moet worden gevraagd, wordt door het hof niet onderschreven. De algemene aanwijzing aan ambtenaren bij de vernoeming van straten in het handboek van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten) is onvoldoende om een dergelijke algemene norm, die ook zou gelden voor niet (gemeentelijke) overheden of organisaties, aan te kunnen nemen. Terughoudendheid is op zijn plaats, omdat het formuleren...