(Met dank aan Arjan Kleinhout, De Brauw Blackstone Westbroek en Paul Tjiam, Simmons & Simmons)
Tussen partijen is een overeenkomst van opdracht gesloten die strekte tot het samenstellen van een jubileumboek voor de Nederlandse Loodsencorporatie: deze mocht dus door haar worden opgezegd zodat het boek niet meer kon worden uitgebracht. Maker zijn in auteursrechtelijke zin brengt niet mee dat Van Oorschot het boek openbaar zou mogen maken als gemaakte afspraken daardoor worden geschonden. Auteursrechtinbreuk door te citeren uit een aantal dossiers onvoldoende onderbouwd. Vrijheid van meningsuiting brengt rechtvaardigheid publicatie niet mee: gaat namelijk niet zo ver dat deze in omstandigheden als de onderhavige de schending van de gemaakte afspraken en/of gewekte verwachtingen rechtvaardigt.
OVEREENKOMST - AUTEURSRECHT
Hoger beroep tegen (IEPT20131018). De Nederlandse Loodsencorporatie was voornemens ter ere van haar 25-jarig jubileum een boek uit te brengen over het verleden, heden en de toekomst van het Nederlands Loodswezen en heeft hiervoor gedaagde als auteur benaderd. Na het beëindigen van de opdracht (vanwege onenigheid met de auteur) is de Nederlandse Loodsencorporatie erachter gekomen dat gedaagde een eigen commerciële uitgave van het boek voorstaat. De Nederlandse Loodsencorporatie en 20 andere eisers (de geïnterviewden) vorderen nu een bevel dat gedaagde de interviews, de foto’s van geportretteerden en de informatie die hij heeft verkregen uit interne dossiers van de Nederlandse Loodsencorporatie op geen enkele wijze mag verspreiden of openbaar maken.
Het hof oordeelt dat op grond van het feitenmateriaal moet worden aangenomen dat tussen partijen een overeenkomst van opdracht is gesloten die strekte tot het door Van Oorschot samenstellen van een jubileumboek. Dit maakt dat de Nederlandse Loodsencorporatie gerechtigd was de overeenkomst met Van Oorschot op te zeggen.
Dat Van Oorschot als maker in auteursrechtelijke zin zou zijn te kwalificeren brengt volgens het hof niet mee dat Van Oorschot het boek openbaar zou mogen maken als gemaakte afspraken daardoor worden geschonden. Verder is volgens het hof onvoldoende onderbouwd dat Van Oorschot inbreuk zou maken op auteursrechten van de Nederlandse Loodsencorporatie door te citeren uit een aantal dossiers.
De vrijheid van meningsuiting brengt volgens het hof niet mee dat Van Oorschot het boek wel mag publiceren. Dit gaat namelijk niet zo ver dat deze in omstandigheden als de onderhavige...