Onvoldoende belang bij voorziening: niet valt in te zien dat bodemrechter overeengekomen percentages als ankerpunt zal hanteren.
OVEREENKOMST
SEKAM, Lira en VEVAM zijn collectieve beheersorganisaties. Kort gezegd innen, beheren en verdelen zij licentievergoedingen ten behoeve van de bij hen aangesloten rechthebbenden. SEKAM behartigt de belangen van producenten, Lira die van scenarioschrijvers en VEVAM die van regisseurs. Tot 1 oktober 2012 werd de inning en verdeling van de vergoeding die kabelexploitanten betaalden voor de openbaarmaking van werken via de kabel geregeld in het zogeheten Kabelcontract.
Het Kabelcontract is per 1 oktober 2012 beëindigd. Met betrekking tot de verdeling van de kabelgelden ná die datum hebben de verschillende CBO’s onderhandeld over de aan te houden verdelingspercentages. Hieromtrent is een schikking getroffen, waarin een geheimhoudingsbeding is opgenomen. Het huidige geschil gaat over de nakoming van dit beding.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat SEKAM onvoldoende belang heeft bij de verzochte voorziening. Dit omdat niet valt in te zien dat bodemrechter overeengekomen percentages als ankerpunt zal hanteren.
IEPT20160126, Rb Amsterdam, SEKAM v Lira