BIE januari 2016, p. 10-17, Antoon Quaedvlieg: "Het Specsavers arrest staat toe om niet ingeschreven bestanddelen van een merk toch in aanmerking te nemen voor de bepaling van de beschermingsomvang. Dat creëert spanning met het systeem van een registratiestelsel.
Op twee plaatsen bevat het arrest echter een toespeling die erop kan duiden dat deze ruimere beschermingsomvang alleen gegund wordt aan bekende bestanddelen van bekende merken. Het refereert aan het feit dat merken met een groot onderscheidend vermogen – en daaronder vallen bekende merken – een ruimere beschermingsomvang genieten. Die opmerking zou weinig zin hebben als zij niet in functioneel verband stond met de beslissing van het arrest. Ook de door het Hof genoemde omstandigheid, dat een aanzienlijk deel van het publiek de niet ingeschreven bestanddelen was gaan associëren met het ingeschreven merk, kan moeilijk anders gelezen worden dan als een referentie aan de bekendheid van die bestanddelen – en dus mede van het merk zelf."