Erik de Vos (Kracht Advocatuur), Regisseurs versus Kabelexploitanten in kort geding.
"[...] Juridisch-inhoudelijk spitst het geschil zich toe op de vraag of artikel 26a Auteurswet van toepassing is in de huidige situatie waarbij kabelexploitanten het omroepsignaal (semi) rechtstreeks door omroepen aangeleverd krijgen. Artikel 26a Aw vestigt een recht voor CBO’s om namens de door hen vertegenwoordigde rechthebbenden toestemming te geven voor doorgifte via de kabel van door die CBO’s beheerde werken (in dit geval films en televisieprogramma’s). Het recht van toestemming betekent in de praktijk uiteraard het recht om een vergoeding te vragen voor kabeldoorgifte. De kabelexploitanten bepleiten dat art. 26a Aw tegenwoordig toepassing mist; en dat daarmee ook het verplichte collectief beheer op de voet van Auteurswet en Satteliet- en Kabelrichtlijn (‘SatKab-richtlijn’) is komen te vervallen. Hoewel over deze vraag nu op diverse fronten (zie ook nieuwsbericht LIRA) geprocedeerd wordt, kan de uitkomst mijns inziens niet anders zijn dan een bevestiging van het recht van de CBO’s om een vergoeding voor kabeldoorgifte te vorderen.
Ik heb mij eerder al verbaasd over de uitspraak van het hof ‘s-Gravenhage inzake “NORMA/NLKabel”, waarin het hof via uitleg van de Berner Conventie, de SatKab-richtlijn èn de Auteurswet tot de conclusie kwam dat art. 14a Wet Naburige Rechten geen betrekking heeft op een situatie waarbij de omroepen en kabelexploitanten hetzelfde signaal via verschillende wegen doorgeven/uitzenden/mededelen aan het publiek. Consequentie van die uitspraak was dat in ieder geval de acteurs geen aanspraak kunnen maken op een vergoeding voor kabeldoorgifte.
Hoewel die zaak betrekking had op naburige rechten en het hof geen uitspraak heeft gedaan over de geldigheid van art. 26a Aw, beroepen de kabelexploitanten zich ook in het kort geding tegen VEVAM in belangrijke mate op dit arrest. En overigens wierpen zij ter zitting ook min of meer dezelfde argumenten aan VEVAM tegen als tegen NORMA. Aangezien het arrest inzake ‘NORMA’ voor cassatie staat, is de verwachte uitkomst van die cassatieprocedure dus van belang voor de uitkomst van het kort geding tegen VEVAM.
Ik kan me niet voorstellen dat de NORMA-uitspraak cassatie zal overleven. De belangrijkste fout die het Haagse hof maakt, is dat zij voorbijgaat aan de parallelle doorgifte van dezelfde programma’s door de omroepen zelf; het hof neemt nogal apodictisch aan dat voor het ontstaan...
↧
Erik de Vos: Regisseurs versus Kabelexploitanten in kort geding
↧