IEPT20140304, Hof Den Haag, Schnell v Schilt

Geen (letterlijke) inbreuk op octrooi voor "werkwijze en apparaat voor het automatisch toevoeren van staafvormige metaalprofielen in profiel-bewerkingsmachines": rotatie van ondersteuningsarmen in Schilt-machines brengen deze niet in een in hoofdzaak verticale positie. Geen sprake van equivalentie: minimale verticale neerwaartse beweging van ondersteuningsarmen in Schilt-machines vervult andere functie; vrijmaken van staafdoorlaat en uitladen van overtollige staven vindt bij deze machines plaats met andere middelen en met ander resultaat.

OCTROOIRECHT

Vervolg op IEPT20120627 (rb). Schnell is houdster van een Europees octrooi voor een “Werkwijze en apparaat voor het automatisch toevoeren van staafvormige metaalprofielen in profiel-bewerkingsmachines”. Schilt heeft drie zogenoemde Automatic Bar Loaders ontwikkeld en geleverd, die voorzien zijn van ondersteuningsarmen (de Schilt-machines). De rechtbank heeft de hiertegen gerichte inbreukvorderingen van Schnell afgewezen op de grond dat de door Schilt geproduceerde machines niet vallen onder de beschermingsomvang van haar octrooi. De grieven van Schnell richten zich tegen dit oordeel.

Naar het oordeel van het hof zal de gemiddelde vakman de conclusies – met inachtneming van de functies en doel van de beschreven maatregelen – aldus begrijpen dat door de rotatie van de overbrenginrichting naar een neergelaten ontkoppelpositie, de inrichting in een in hoofdzaak verticale positie wordt gebracht, zodanig dat de staafdoorlaat daarmee wordt vrijgemaakt en de overtollige staven door de zwaartekracht terugvallen in het magazijn. Er is geen sprake van letterlijke inbreuk op het octrooi door Schilt: vast staat dat de ondersteuningsarmen van de Schilt-machines allen roteren om een hoofdzakelijk verticale as en zijwaarts wegdraaien. Hoewel de armen ook een verticale beweging maken (om een hoek van 20 graden), is een dergelijke minimale verticale bewegingscomponent onvoldoende om deze machines binnen de beschermingsomvang van het octrooi te brengen. De rotatie van de armen in deze machines brengen deze immers niet in een in hoofdzaak verticale positie.

Voorts is ook geen sprake van equivalentie: de minimale verticale neerwaartse beweging van de ondersteuningsarmen in de Schilt-machines vervult een andere functie dan de rotatie van de overbrenginrichting volgens het octrooi. Het vrijmaken van de staafdoorlaat en het uitladen van de overtollige staven vindt bij deze machines plaats met andere middelen en met een ander...