Quantcast
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20140408, Hof Den Bosch, Executiegeschil uitlatingen

Vermeende uitlatingen inhoudende dat appellant een vuile lasteraar was niet gedaan in de context van bij (in kracht van gewijsde gegaan) kort geding vonnis opgelegde verbod.


PUBLICATIE - EXECUTIEGESCHIL

Executiegeschil over de uitleg van een verbod tot het doen van uitlatingen over de vermeende dubbelrol van appellant als kroongetuige. Bij in kracht van gewijsde gegaan kort geding van 6 december 2010 werden deze uitlatingen verboden. Appellant stelt nu dat geïntimeerde het verbod heeft overtreden, door tijdens een telefoongesprek op 27 december 2012 aan een journalist van De Telegraaf mede te delen dat appellant een vuile lasteraar was en dat geïntimeerde aangifte wegens laster tegen hem had gedaan. De vorderingen worden afgewezen.

Veronderstellenderwijs ervan uitgaande dat geïntimeerde de uitlatingen heeft gedaan, zijn de uitlatingen volgens het hof niet gedaan in de context van het opgelegde verbod. De uitlatingen zijn namelijk gedaan in de context van de verdediging door geïntimeerde tegen beschuldigingen aan zijn adres in de processen-verbaal, waar de journalist van De Telegraaf over beschikte en niet in de context die in de procedure die tot het kort geding vonnis heeft geleid aan de orde was. Geïntimeerde verdedigde zich tegen diskwalificerende beschuldigingen van appellant die in de processen-verbaal waren opgenomen. Dat de context van de verdediging tegen deze beschuldigingen niet geheel losstaat van de context van het kort geding vonnis laat onverlet dat naar voorlopig oordeel het verbod zo moet worden uitgelegd dat de verdediging door geïntimeerde tegen de beschuldigingen hier niet door wordt getroffen.

IEPT20140408, Hof Den Bosch, Executiegeschil uitlatingen


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229