Quantcast
Channel: Boek9.nl
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20131217, Hof Arnhem-Leeuwarden, ITW

$
0
0

De in artikel 6 Hnw voorziene (verzoekschrift)procedure moet worden aangemerkt als een bodemprocedure ten opzichte van een kort geding en als een hoofdzaak in zin van artikel 1019i Rv. Afstemming oordeel in kort geding met oordeel in bodemprocedure: verwarringsgevaar tussen handelsnamen van appellanten en van ITW.

HANDELSNAAMRECHT – PROCESRECHT

Vervolg op IEPT20121120, waarbij de voorzieningenrechter appellanten heeft veroordeeld om het gebruik van de handelsnaam “Vos Installatietechniek” of een naam die daar in geringe mate van afwijkt te staken en gestaakt te houden, met bepaling van de termijn waarbinnen op grond van artikel 1019i Rv een bodemprocedure aanhangig dient te worden gemaakt op drie maanden vanaf de datum van het wijzen van het vonnis. Na dit kort geding vonnis heeft de kantonrechter te Enschede op de voet van artikel 6 Hnw tussen partijen een beschikking op 26 april 2013 gegeven, waarna het hof in hoger beroep (eveneens) op 17 december 2013 heeft beslist.

Appellanten voeren in dit hoger beroep aan dat de (verzoekschrift)procedure onder artikel 6 Hnw geen bodemprocedure is ten opzichte van het kort geding en evenmin een hoofdzaak zoals bedoeld in artikel 1019i Rv, zodat de in het bestreden vonnis toegewezen voorzieningen hun werking hebben verloren. Het hof gaat niet hierin mee: dat het om een verzoekschriftprocedure gaat, neemt niet weg dat de rechter daarbij de rechtsverhouding tussen partijen bindend vaststelt in een definitieve uitspraak op basis van een aan de bodemprocedure gelijkende eigen onderzoek met (overeenkomstige) toepassing van de gewone regels van bewijsrecht. Op de beschikking van de kantonrechter is artikel 236 Rv dan ook analoog van toepassing. Ook het feit dat artikel 6 Hnw is beperkt tot het verzoek tot wijziging van de verboden handelsnaam, doet niet eraan af dat de kantonrechter ten gronde oordeelt over de vraag of een handelsnaam in strijd wordt gevoerd met de Handelsnaamwet. Met een veroordeling tot wijziging kan in de praktijk overigens hetzelfde effect worden bereikt als met een verbod, waarin artikelen 5 en 5a Hnw voorzien.

Het hof stemt als kort geding-rechter vervolgens haar oordeel af op het oordeel in de bodemprocedure (de beschikking van het hof in de artikel 6 Hnw-procedure): er is sprake van verwarringsgevaar tussen de handelsnaam “Vos Installatietechniek” van appellanten en de oudere handelsnamen “Elektroburo H. Vos”, “H. Vos Materieel” en “Vos Installateurs” van ITW. Het bestreden...


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229