Quantcast
Channel: Boek9.nl
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20140527, Hof Den Haag, Digital Revolution en Maxperian v Samsung

$
0
0

In beginsel geen nieuwe feiten en stellingen mogelijk na spoedappeldagvaarding met grieven. Conclusie 1 en 2 – zonder afvaltonertransprotorgaan – nawerkbaar. Voor de leek voor de hand liggende verplaatsingsmechanismen hoeven niet expliciet te worden beschreven. Geen beperktere, functionele betekenis ‘dieper gelegen deel’ dan letterlijke betekenis. Geen spoedeisend belang Samsung bij modelrecht- en reclamevorderingen na verstrijken van 1,5 jaar.

PROCESRECHT - OCTROOIRECHT - SPOEDEISEND BELANG

Spoedappel tegen de vonnissen van de rechtbank Den Haag van 9 januari 2014 inzake Samsung tegen Digital Revolution en Samsung tegen Maxperian (zie IEPT20140109 en IEPT20140109, partijen worden hierna aangeduid als DR). In deze vonnissen is inbreuk door DR op EP 537 aangenomen. De grieven worden afgewezen.

DR heeft met het oog op het pleidooi een aantal producties naar het hof en de wederpartij gestuurd. Het hof oordeelt echter dat in beginsel geen nieuwe feiten en stellingen mogelijk zijn na de spoedappeldagvaarding met grieven en dat voor een uitzondering op deze in beginsel strakke regel in dit geval geen plaats is. De stukken worden daarom buiten beschouwing gelaten.

DR heeft gesteld dat conclusie 1 en 2 van EP 537 niet nawerkbaar zijn, omdat het probleem van een reinigingsgedeelte dat volledig is opgevuld met een klomp vastzittende afvaltonerhouder alleen kan worden opgelost met een afvaltonertransportorgaan, dat in conclusie 3 wordt geclaimd. Volgens het hof zijn de conclusies wel nawerkbaar, omdat uit de beschrijving niet volgt dat per se sprake is van een (klem)vast zittende afvaltoner: er wordt slechts opgemerkt dat deze hard en klonterig “kan” worden. De gemiddelde vakman zal daarom inzien dat conclusie 1 en 2 niet zien op de situatie dat zich relevante klontering voordoet.

Om de uitvinding volgens de conclusies 1 en 2 van EP 537 nawerkbaar te doen zijn, is niet vereist dat de verplaatsingsmechanismen expliciet in het octrooischrift zijn beschreven. DR heeft niet aannemelijk gemaakt dat de zelfs voor de leek voor de hand liggende verplaatsingsmechanismen expliciet moeten worden beschreven in het octrooi. Ook oordeelt het hof dat aan “dieper gelegen deel” geen door DR gestelde beperktere, functionele betekenis moet worden gegeven dan de letterlijke betekenis: de achter de woorden van de conclusies 1 en 2 van EP 537 liggende, en uit (met name) de beschrijving en de tekeningen blijkende uitvindingsgedachte bestaat in het...


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229