Gemeenschapsmerk – Beroep ingesteld door de aanvrager van de internationale inschrijving, waarin de Europese Unie wordt aangewezen, van het woordmerk „JUNGBORN” voor waren van de klassen 29, 30 en 32, en strekkende tot vernietiging van beslissing R 936/20114 van de vierde kamer van beroep van het BHIM houdende verwerping van het beroep tegen de beslissing van de oppositieafdeling waarbij dit merk de bescherming van de gemeenschapsmerkregeling gedeeltelijk wordt geweigerd in het kader van de oppositie ingesteld door de houder van het nationale woordmerk „BORN” voor waren van de klassen 29, 30 en 32.
Het beroep wordt afgewezen. Er is sprake van verwarringsgevaar tussen het aangevraagde woordmerk “JUNGBORN” en het oudere merk “BORN” voor zover het o.a. etenswaren betreft. Het BHIM heeft terecht geoordeeld dat er sprake is van een hoge mate van visuele en fonetische overeenstemming, en dat het soortgelijke goederen betreft. Het oudere merk “BORN” heeft wel degelijk onderscheidend vermogen.
35 En troisième lieu, en ce qui concerne l’appréciation du risque de confusion, il y a lieu de rejeter tout d’abord les arguments de la requérante visant à soutenir que le public pertinent ne pourra pas décomposer la marque demandée en séparant les éléments verbaux « jung » et « born ». En effet, s’il est exact que le consommateur moyen perçoit normalement une marque comme un tout et ne se livre pas à un examen de ses différents détails, il n’en demeure pas moins que, en percevant un signe verbal, il décomposera celui-ci en des éléments verbaux qui, pour lui, suggèrent une signification concrète ou qui ressemblent à des mots qu’il connaît [arrêts du Tribunal du 6 octobre 2004, Vitakraft-Werke Wührmann/OHMI – Krafft (VITAKRAFT), T‑356/02, Rec. p. II‑3445, point 51, et du 13 février 2007, Mundipharma/OHMI – Altana Pharma (RESPICUR), T‑256/04, Rec. p. II‑449, point 57]. Or, ainsi qu’il a été indiqué précédemment, les parties ne contestent pas que le terme « jung » sera facilement compris par le public pertinent, à la différence du terme « born ». Dès lors, le public pertinent pourra décomposer la marque demandée en deux termes, « jung » et « born ». Aucune des parties n’a soutenu que le terme « jungborn » formerait une unité logique. Ensuite, dans ce cadre, il y a lieu de considérer, à l’instar de la chambre de recours, que le terme « born », qui constitue la marque anté...
↧
IEPT20140611, GEU, Klingel v BHIM
↧