Quantcast
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20130402, CBB, Tabaksreclame Camel

Geen overtreding van het tabaksreclameverbod: uitgezonderde vorm van onbedoelde reclame in tabaksspeciaalzaak, zoals neergelegd in artikel 5 lid 4, onder c, sub 3º van de Tabakswet jo. artikel 5 lid 3 van de Regeling. Gelet op het (onnauwkeurige) proces-verbaal, de daarbij gevoegde foto’s en gegeven de betwisting door A, was het niet te vermijden dat de twee lichtbakken met het tabaksmerk “Camel” buiten het pand zichtbaar waren voor passanten die bewust door de toegang keken.

TABAKSRECLAME

4. [...] Gezien het voorgaande is het College van oordeel dat de minister in het bestreden besluit ten onrechte, in navolging van het advies van de zogenoemde VWS-commissie bezwaarschriften Awb, heeft geconcludeerd dat hij geen reden heeft te twijfelen aan de in het proces-verbaal opgenomen bevindingen van de opsporingsambtenaar. Gelet op het proces-verbaal, de daarbij gevoegde foto’s en gegeven de betwisting door A, houdt het College het erop dat niet te vermijden was dat de lichtbakken buiten het pand zichtbaar waren voor passanten die bewust door de toegang keken. Op deze vorm van onbedoelde reclame is, mede gezien de toelichting bij artikel 5, derde lid, van de Regeling, het verbod reclame in een tabaksspeciaalzaak niet zodanig te plaatsen dat zij ook buiten de zaak zichtbaar is, niet van toepassing. De rechtbank is dan ook terecht, zij het op andere gronden, tot de conclusie gekomen dat A het reclameverbod niet heeft overtreden, omdat op dit verbod de uitzondering als bedoeld in artikel 5, vierde lid, onder c, sub 3º, van de Tabakswet in verbinding met artikel 5, derde lid, van de Regeling van toepassing was.

IEPT20130402, CBB, Tabaksreclame Camel


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229