AMI 2015/3, p. 65-67, J.J.C Kabel: "Het auteursrechtelijke probleem hoeft hem dus niet te zitten bij de wetenschappelijke auteur. Die heeft geen of weinig belang bij de auteursrechtelijke exploitatie van zijn werk, maar alle belang bij een zo groot mogelijke verspreiding van zijn werk. Het auteursrechtelijke probleem zit bij de uitgever en bij de verhouding universiteit-medewerker. Uitgevers verkopen wetenschappelijke informatie waarvoor de producenten van die informatie al hebben betaald en weer moeten betalen om die informatie te mogen gebruiken. Een oplossing voor die cirkelgang is om universiteiten een exclusieve licentie te laten verkrijgen van hun medewerkers op hun secundaire rechten (repro- en readerrechten). Hugenholtz stelde dat indertijd voor. Daarvoor biedt het amendement Taverne geen oplossing, maar dat is misschien heden ten dage niet meer nodig, gesteld dat de huidige reader uit een verzameling linkjes bestaat naar werk dat in ‘open access’ openbaar is gemaakt. Universiteiten zouden door de rechten van hun medewerkers te verkrijgen gemakkelijker een vuist kunnen maken tegen uitgevers. De weerstand tegen het huidige rendementsdenken en tegen de universitaire bureaucratie maakt dat die verkrijging niet echt in de rede ligt.
Het amendement Taverne biedt nu een elegante mogelijkheid om een deel van het probleem op te lossen. Tijdschriftartikelen mogen na een soort van windowtermijn de openbaarheid in en dat in de vorm van de eerste openbaarmaking. Dat is al in veel gevallen gebruikelijk (maar niet helemaal in orde), maar het wordt nu wettelijk mogelijk gemaakt en dat is winst. De exorbitant dure internationale handboeken van grote uitgevers als Beck en Kluwer vallen er helaas niet onder, maar we kunnen niet alles hebben en mogen uitgevers dankbaar zijn dat die boeken worden geproduceerd.
Ik kan de baten van dit amendement alleen maar goed afwegen voor mijn vakgebied. Voor bêta-disciplines, waar doorgaans vele auteurs van verschillende nationaliteiten een bijdrage aan één enkel artikel leveren, kan het gecompliceerder zijn. Maar met het nieuwe artikel 25fa Aw boekt de toegankelijkheid van publiek bekostigde wetenschappelijke informatie winst. De beheerders van Nederlandse universitaire databanken moeten er dan wel zorg voor dragen die toegankelijkheid op peil te brengen en te houden door centrale toegang, identieke formats, gelijke windowtermijnen en optimalisering van zoekresultaten te realiseren. Op dat terrein gebeurt al veel,...