Publicatie. Cassatie tegen het arrest van het Hof Amsterdam van 22 april 2014 (IEPT20140422). De drie middelen richten klachten tegen rov. 3.8 van het arrest van het Hof waarin zij de vraag behandelt of de voorzittersbeslissing met de aanbeveling wegens haar inhoud onrechtmatig is, omdat de voorzitter van de Commissie − naar [eiser] heeft betoogd − ten onrechte geen acht heeft geslagen op het wetenschappelijke artikel waarnaar in de advertentie werd verwezen. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep op grond van artikel 81 (1) RO.
IEPT20150911, HR Stiching Reclame Code
(ECLI-versie)