Quantcast
Channel: Boek9.nl
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20150605, Rb Overijssel, BS&F v DZI Beheer

$
0
0

Zwaar gewicht aan taalkundige uitleg niet-concurrentiebeding door uitvoerige onderhandelingen door (raadslieden) partijen. Onvoldoende aannemelijk dat gedaagden sub 1-4 in strijd met non-concurrentiebeding handelen: BS&F haalt 95% van omzet uit collectieve verzekering CZM. Voldoende aannemelijk dat CZM en GZP van BS&F geen vergelijkbare (concurrerende) producten zijn. Geen profiteren van wanprestatie door gedaagde sub 5 nu DZI Beheer niet in strijd met non-concurrentiebeding handelt.

ONRECHTMATIGE CONCURRENTIE – OVEREENKOMST

Kort geding. BS&F is een adviesbureau dat ongeveer 300 gemeenten in Nederland adviseert ter zake van de zogenaamde collectieve zorgverzekeringen ten behoeve van bijstandsgerechtigden, chronisch zieken en minima. Hetgeen BS&F aanbiedt, staat onder de naam 'CZM' (Collectieve Zorgverzekering voor Minima) bekend. Een deel van de gedaagden heeft in 1995 BS&F opgericht. Nadat onenigheid is ontstaan over de samenwerking zijn twee procedures gevoerd, waarna een vaststellingsovereenkomst met een non-concurrentiebeding is gesloten. BS&F stelt nu dat het non-concurrentiebeding wordt geschonden door gedaagden sub 1-4 en dat gedaagde sub 5 profiteert van wanprestatie. De vorderingen worden afgewezen.

Voor de uitleg van het non-concurrentiebeding hecht de voorzieningenrechter veel gewicht aan een taalkundige uitleg, omdat uitvoerig is onderhandeld over het non-concurrentiebeding door (de raadslieden van) partijen. Het is onvoldoende aannemelijk dat gedaagden sub 1-4 in strijd met het non-concurrentiebeding handelen. Hierbij wordt meegewogen dat niet in geschil is dat het bemiddelen in collectieve zorgverzekeringen tussen gemeenten en zorgverzekeraars (nagenoeg) de enige activiteit van BS&F is waarmee zij 95% van haar omzet behaalt. Het is voldoende aannemelijk dat het product van DZI Beheer (GZP) niet te vergelijken is met het product van BS&F, waardoor deze niet onder het non-concurrentiebeding vallen en waardoor het beding niet is geschonden.

De vorderingen jegens gedaagde sub 5 worden afgewezen. Gedaagde sub 5 heeft niet geprofiteerd van de wanprestatie van gedaagden sub 1-4, nu geen sprake is van schending van het non-concurrentiebeding.

IEPT20150605, Rb Overijssel, BS&F v DZI Beheer

(ECLI-versie)


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229