Merkenrecht. Beroep tegen de weigering tot inschrijving om het op een vaste plaats aangebrachte merk dat bestaat in het onderste verende gedeelte van een sport- of trainingsinstrument, met de woordelementen „KJ KANGOO JUMPS XR”, in te schrijven voor waren van klasse 28.
Het beroep wordt verworpen. Het driedimensionale beeldmerk (zie afbeelding) met woordelementen “KJ KANGOO JUMPS XR” heeft geen onderscheiden vermogen. Het relevante publiek zal dit waar niet van andere sportwaren kunnen onderscheiden. De elementen waar het beeldmerk uit bestaat zijn op zichzelf niet onderscheidend. Het beeldmerk bestaat dan ook uit het samenvoegen van simpele basis onderdelen. De woordelementen spelen een zeer geringe rol in het beeldmerk waardoor deze ook niet voor onderscheidend vermogen kunnen zorgen.
18. In that connection, it must be held, first, that the applicant has not produced any evidence capable of establishing that the average consumer of sports goods is in fact able to recognise the commercial origin of a treadmill or a sports shoe solely on the basis of the shape of those goods. Furthermore, as OHIM rightly states, only consumers who practice sports particularly intensively, for example by regularly frequenting gyms may be able to recognise the origin of those goods on the basis of the shape of part of them alone. In the present case, the applicant has not challenged the finding of the Board of Appeal, in paragraph 14 of the contested decision, that the relevant public was constituted of the average European consumer who is reasonably well-informed and reasonably observant and circumspect, and not a consumer who practices sport very intensively or at a professional level. Furthermore, the applicant has also failed to show that the average consumer of sporting goods was more used to distinguishing the origin of goods through ‘three-dimensional position marks’ representing the shape of the relevant goods than average consumers of other goods.
Lees het arrest hier.