Quantcast
Channel: Boek9.nl
Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229

IEPT20160217, Rb Noord-Nederland, Dagboek moeder Vaatstra

$
0
0

[eiser] heeft voldoende spoedeisend (financieel) belang bij vordering inzake verjaarde dwangsommen. Dwangsommen vloeien enkel voort uit vonnis in kort geding van 18 december 2013 en daarvan bekrachtigde deel in arrest hof. Verjaringstermijn verbeurde dwangsommen bedraagt zes maanden. Verjaring niet gestuit met memorie van grieven of op grond van artikel 3:316 (1) of 3:317 (1) BW. Verjaring voor 66 van 200 dagen tijdig gestuit met brief van 18 maart 2015 van advocaat [gedaagde] voor € 66.000. [gedaagde] heeft onrechtmatig gehandeld door zonder deugdelijke grondslag executiemaatregelen tegen [eiser] te treffen: moet € 128.818,23 aan verjaarde dwangsommen aan [eiser] terugbetalen.


PROCESRECHT - ONRECHTMATIGE DAAD

Kort geding. [gedaagde] is de moeder van Marianne Vaatstra, die op 1 mei 1999 door een misdrijf om het leven is gekomen. [eiser] is bij vonnis van de voorzieningenrechter (IEPT20131218) kort gezegd verboden om het dagboek van [gedaagde] te publiceren. Aan het vonnis is een dwangsom van € 1.000 per dag met een maximum van € 200.000 verbonden. Het hof heeft het vonnis deels vernietigd en deels bekrachtigd (IEPT20150317). In het huidige kort geding stelt [eiser] dat de dwangsommen zouden zijn verjaard.

De voorzieningenrechter oordeelt dat [eiser] voldoende spoedeisend (financieel) belang heeft bij zijn vorderingen inzake de verjaarde dwangsommen. Vervolgens wordt beoordeeld of de dwangsommen enkel voortvloeien uit het vonnis in kort geding van 18 december 2015 of ook uit de veroordeling van het hof. De voorzieningenrechter oordeelt dat de dwangsommen enkel uit het vonnis in kort geding van 18 december 2015 voortvloeien. De voorzieningenrechter volgt [eiser] in zijn stelling dat uit het bepaalde in het exploot van executoriale beslaglegging van 13 juli 2015 niet zonder meer kan worden afgeleid dat het beslag mede is gelegd omdat [eiser] niet aan de veroordeling onder 4.2 van het arrest van 17 maart 2015 heeft voldaan. Uit de brieven van voor de beslaglegging kan ook niet worden afgeleid dat het door [gedaagde] geïnde bedrag voortvloeit uit de veroordeling onder 4.2 van het arrest van het hof. [eiser] is daarom dwangsommen gaan verbeuren vanaf het moment van publicatie van zijn boek op of omstreeks 9 mei 2014.

De voorzieningenrechter stelt voorop dat de verjaringstermijn van verbeurde dwangsommen op grond van artikel 611g (1) Rv zes maanden bedraagt. De voorzieningenrechter is voorshands van oordeeld dat [gedaagde] de dwangsommen...


Viewing all articles
Browse latest Browse all 5229