De eerste sessie van 2016 vindt plaats op maandag 21 maart a.s. In één uur tijd worden de jurisprudentie-highlights van de afgelopen vier maanden (medio december 2015 - maart 2016) op het gebied van IE besproken door Dick van Engelen (hoogleraar Universiteit Utrecht en hoofdredacteur Boek9.nl).
Kosten (per sessie): € 69,- (excl. BTW) | 1 PO-punt. Klik hier voor meer informatie en aanmelden.
Aan de orde komen onder meer:
IEPT20160121, HvJEU, Hesse v BHIM
Geen onjuiste opvatting GEU door in te stemmen met oordeel kamer van beroep dat betrokken waren wegens hun complementariteit soortgelijk zijn: complementariteit is autonoom criterium dat soortgelijkheid kan onderbouwen.
IEPT20160121, HvjEU, Viiniverla Oy
Voor begrip ‘voorstelling’ Richtlijn geografische aanduidingen dient te worden uitgegaan van normale Europese consument. Rechter dient rekening te houden met fonetische en visuele gelijkenis benamingen en met gegevens die erop wijzen dat gelijkenis niet berust op toeval. Opname in bijlage III Richtlijn geografische aanduidingen behoeft geen verwarringsgevaar.
IEPT20160204, HvJEU, Hassan v Breiding
Niet-ingeschreven licentiehouder Gemeenschapsmerk kan merkinbreukvordering instellen.
IEPT20160217, HvJEU, Shoe Branding Europe v BHIM
GEU heeft globale beoordeling van verwarringsgevaar uitgevoerd. Als reputatie van een merk is bewezen is het voor een oordeel over het onderscheidend vermogen van een merk irrelevant om inherent onderscheidend vermogen aan te tonen.
IEPT20160217, HvJEU, Sanoma v Viestintävirasto
Wettelijke regeling op grond waarvan het is toegestaan dat een opgedeeld beeldscherm waarop de programma-aftiteling in het ene deel verschijnt en een programmaoverzicht in het andere om het programma dat wordt beëindigd te scheiden van de erop volgende reclameonderbreking, niet noodzakelijkerwijs gecombineerd met, of gevolgd door, een akoestisch of optisch middel toegestaan, mits dit duidelijk herkenbaar is en te onderscheiden van redactionele inhoud. Sponsorlogo’s die in het kader van andere programma’s dan het gesponsorde programma worden uitgezonden moeten worden meegerekend voor de in artikel 23(1) richtlijn audiovisuele mediadiensten vastgelegde maximumreclamezendtijd per klokuur. Als lidstaat geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid, een striktere regel dan uit het artikel in te voeren moeten ex artikel 23(1) richtlijn „zwarte seconden” tussen afzonderlijke spots van een televisiereclameonderbreking of tussen die...