Gemeenschapsmerk – Door aanvrager van internationale inschrijving met claim van bescherming in de Europese Unie van het beeldmerk met woordelementen „KW SURGICAL ELEMENTS” voor waren van klasse 10 ingesteld beroep tot vernietiging van beslissing R 1675/2011 4 van de vierde kamer van beroep van het BHIM houdende vernietiging van de beslissing van de oppositieafdeling waarbij de oppositie van de houder van het nationale woordmerk „Ka We” voor waren van klasse 10 wordt afgewezen.
Het beroep wordt gedeeltelijk toegewezen en voor het overige verworpen; de bestreden beslissing wordt vernietigd. Het BHIM heeft blijk gegeven van een onjuiste opvatting nu zij het normale gebruik van het oudere merk niet heeft onderzocht. Verzoeksters vordering tot herziening wordt afgewezen. Gepreciseerd moet worden dat het BHIM wel, nadat het de kwestie van het normale gebruik heeft beoordeeld, zo nodig opnieuw uitspraak moet doen over het verwarringsgevaar.
34 Gelet op al de hiervoor vermelde feitelijke elementen, heeft de kamer van beroep blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting. De kamer van beroep heeft immers, hoewel verzoekster voor de oppositieafdeling een verzoek heeft ingediend met betrekking tot het normale gebruik van het oudere merk, geweigerd om verzoekster voor de Gemeenschap bescherming te verlenen voor de internationale inschrijving die zij had verkregen, zonder dat zij voorafgaandelijk de kwestie van het normale gebruik van het oudere merk had onderzocht.
36 Uit al het voorgaande volgt dat het eerste middel moet worden aanvaard.
75 Bijgevolg is, anders dan verzoekster betoogt, niet aangetoond dat de kamer van beroep blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat tussen de twee conflicterende merken verwarringsgevaar bestond.
76 Aan die conclusie wordt niet afgedaan door verzoeksters argumenten.
83 Gepreciseerd moet worden dat het BHIM, nadat het de kwestie van het normale gebruik van het oudere merk in uitvoering van het onderhavige arrest heeft beoordeeld, zo nodig opnieuw uitspraak moet doen over het verwarringsgevaar tussen de twee conflicterende merken. Het staat dan ook aan het BHIM om op basis van de vergelijking van die twee merken gevolgen te verbinden aan het eventuele ontbreken van een normaal gebruik van het oudere merk voor bepaalde van de erdoor aangeduide waren.
Lees het arrest hier.
↧
IEPT20140926, GEU, Koscher + Würtz v BHIM
↧